Moeilijk hanteerbaar gedrag
In instellingen die langdurige zorg of ondersteuning verlenen, komt regelmatig moeilijk hanteerbaar gedrag voor. Gedrag waarvan een mens zelf of zijn omgeving aangeeft dat het een probleem is. Door het moeilijk hanteerbaar gedrag te noemen blijf je je er van bewust dat het om het gedrag gaat dat als problematisch wordt ervaren en niet de mens die dat gedrag vertoont.
Problemen horen bij het leven en zijn er om op te lossen als het kan én om mee te leren leven wanneer zij niet oplosbaar zijn.
Bij moeilijk hanteerbaar gedrag kan het om allerlei soort gedrag gaan, zoals agressie, veelvuldig klagen, claimen, apathie of automutilatie. Moeilijk hanteerbaar gedrag is regelmatig een bron van stress voor alle betrokkenen en werkt aanstekelijk: cliënten reageren op elkaar. Er kunnen zich dan ook crisissituaties of onvoorziene situaties voordoen.
Reacties van verzorgenden en begeleiders op moeilijk hanteerbaar gedrag kunnen zeer divers zijn. Soms wordt naar vrijheidsbeperkende maatregelen gegrepen of worden cliënten genegeerd en geeft men de hoop een beetje op.
Omgevingsfactoren en de manier waarop de omgeving omgaat met het gedrag hebben, vaak onbedoeld, invloed op probleem gedrag. Omgevingsfactoren kunnen het gedrag dan ook versterken én verminderen.
Veel begeleiders en verzorgenden voelen zich niet altijd bij machte probleemgedrag als zodanig te herkennen (waar moet je op letten?) en vervolgens goed te begeleiden (welke methode is wanneer effectief? wat heb je daarvoor nodig?).
In dit project leer je onder meer moeilijk hanteerbaar gedrag te herkennen en te begeleiden. Daarom ga je je verdiepen in het methodisch signaleren, interpreteren en interveniëren van gedragsproblemen. Je maakt ook kennis verschillende zorg/ begeleidingsstijlen. Je krijgt inzicht in of en hoe je eigen stijl effectief is in de relatie met de cliënten.
Communicatiestoornissen
“ Begrijp je wat ik bedoel?” Hoe vaak vraag je dat wel niet aan een ander. Er zijn allerlei oorzaken waardoor onderling begrip te wensen overlaat. Niet iedereen kan zijn behoeften evengoed communiceren.
De verbale en non-verbale communicatie kan op allerlei manieren verstoord zijn. Denk maar aan cliënten die een afasie hebben als gevolg van een CVA. Of aan cliënten die door de ziekte van Parkinson een ‘ maskergelaat’ hebben, waardoor de gezichtsuitdrukking verloren gaat.
Cliënten met een meervoudige verstandelijke beperking hebben vaak spraakstoornissen. Anderstalige cliënten die de Nederlandse taal onvoldoende machtig zijn, kunnen zich soms niet helder uitdrukken. Mensen die lijden aan een vorm van dementie kunnen last hebben van woordvindproblemen.
In dit project leer je mogelijkheden om deze (en andere) communicatiestoornissen op te sporen en aan te pakken.
Verpleegtechnische vaardigheden
Als verzorgende IG voer je allerlei handelingen uit bij een zorgvrager, waaronder verpleegtechnische handelingen. Een zorgvrager kan hier angstig en onzeker door worden. Aan jou om deze handelingen met aandacht voor de gevoelens van de zorgvrager uit te voeren. Hoe beleeft deze het geheel. Hoe geef je de juiste ondersteuning en informatie. Allerlei wettelijke kaders zijn vastgesteld. Kortom verpleegtechnische handelingen is veel meer dan het uitvoeren van een “kunstje”.