Als het ’s avonds donker wordt, worden de ramen bedekt met zwart papier, zodat er geen licht naar buiten kan doordringen. Overdag, als er andere mensen in het herenhuis zijn, moeten de onderduikers zich ‘als muizenbaby’s’ zo stil houden, anders zouden bezoekers in het voorhuis in de gaten krijgen dat er onderduikers zijn in het achterhuis. Bovendien zitten de kamers van het schuiladres boven een magazijn waar op werkdagen twee knechten merken. Die weten niet dat er onderduikers boven hun hoofd zitten en mogen dat ook niet ontdekken.