De kinderen ontdekken hoe een tafel gedekt hoort te worden.
Duur
15 minuten
Benodigdheden
tafellaken
servet
een groter plat bord (voor het hoofdgerecht)
een kleiner plat bord (voor het voorgerecht)
een kleinere vork en mes (voor een voorgerecht)
een grotere mes en vork (voor het hoofdgerecht)
een kleinere lepel (voor een toetje)
een grotere lepel (voor de soep)
een diep bord (voor de soep)
een schaaltje (voor het toetje)
een glas
Voorbereiding
Zet een tafel in de kring en leg daar een tafellaken overheen.
Uitvoering
Vertel de kinderen dat jullie samen gaan ontdekken hoe je borden en bestek hoort neer te leggen als je een tafel netjes dekt.
Vertel dat deze zogenaamde maaltijd bestaat uit:
een bord soep,
een voorgerecht,
een hoofdgerecht,
een toetje.
Stal alle borden en bestek uit, maar laat een plek vrij waar (voor één persoon) gedekt gaat worden.
Het tafellaken ligt er al. Wat nu? Neem de maaltijd door en leg stap voor stap alles op de juiste plek neer:
De soep komt eerst. In welk bord wordt de soep geserveerd? Het diepe bord komt dus op tafel te staan.
Het servet komt of op het bord te liggen of rechts van het bord. Het glas wordt rechts boven het bord geplaatst.
Alle borden worden nog niet neergezet. Dat zou een lastige stapel zijn. Maar alle bestek dat je nodig hebt wordt al wél neergelegd naast het bord. Hoe? Vorken liggen altijd links van het bord, messen en lepels rechts (bovenop de servet als die rechts naast het bord ligt). Boven het bord ligt het dessertbestek (als je een vork nodig hebt ligt die met de tanden naar links. Een dessertlepel ligt met de bolle kant naar rechts).
Er wordt altijd van buiten naar binnen gewerkt, dus het buitenste bestek is voor de eerste gang (zie voorbeeld).