Hoe weet je nu of je de opdracht goed hebt gemaakt?
Beantwoord daarvoor de volgende vragen. Kies uit de antwoordmogelijkheden die bij de vragen staan.
Kan beter |
Ruim voldoende |
Zeer goed |
|
Wat weet je over het eten van de geit? |
Ik weet niet precies wat de geit eet en drinkt. |
Ik kan een paar dingen opnoemen die een geit eet of drinkt. |
Ik weet precies wat een geit eet of drinkt. |
Wat weetr je over de verschillende geitenrassen? |
Ik kan geen geitenrassen opnoemen. |
Ik weet dat er verschillende geitenrassen zijn en ik kan er een paar opnoemen. |
Ik kan vertellen over verschillende geitenrassen. |
Wat weet je over het houden van geiten? |
Ik weet nog niet zo goed, hoe geiten gehouden worden. |
Ik weet ongeveer, hoe geiten gehouden worden en hoe ze leven. |
Ik weet, hoe geiten gehouden worden en wat de geitenhouder moet doen om het de dieren naar de zin te maken. |
Je hebt nu de vragen beantwoord. Je ziet achter elk antwoord een cijfer staan. Tel de cijfers van de door jou gekozen antwoorden bij elkaar op. Hier komt een cijfer uit. Je kunt minimaal 15 punten scoren en maximaal 45. Heb je een cijfer hoger dan een 35, dan heb je veel geleerd met deze opdracht.