Ga informatie zoeken en maak in tweetallen een woordweb over het onderwerp megastallen. Je mag informatie halen uit boeken, van internet, of van filmpjes die je kunt vinden.
Ieder groepje krijgt een groot gekleurd A3 papier. Daarop zet je in het midden het woord: MEGASTALLEN.
Woorden die je op internet, in boeken of in video's vindt, kun je gebruiken in je woordweb. Je mag ook plaatjes of tekeningen gebruiken om het woord megastallen te verduidelijken.
Het doel van deze opdracht is dat je aan de hand van een woordweb weet wat het woord megastallen betekent en hoe megastallen eruit zien.
Als je klaar bent met je woordweb ga je een powerpoint presentatie maken. Je woordweb heb je nodig als ondersteuning bij het maken van je presentatie.
Tenslotte vraag je de andere leerlingen uit de groep wat ze vinden van megastallen. Hadden ze voor de presentatie een idee wat megastallen waren? En dachten ze dat die goed of slecht waren voor de dieren? En vinden ze dat nu nog steeds, nu ze jullie presentatie hebben gezien?
Onder het kopje werkwijze staat de opdracht in stappen uitgelegd.